Stand van zaken : Harmonisering arbeiders/bedienden
Op 5 juli legde de minister van werk haar
compromistekst op tafel over de harmonisering van de statuten van arbeiders en
bedienden. Wij stelden toen al dat de tekst veel onduidelijkheden inhield en
verre van volledig is. Na het lezen van de teksten van de minister, die zij op
de kern van vrijdag e.k. neerlegt, blijven wij er bij dat deze duidelijk en
fundamenteel onevenwichtig zijn. Er zijn de laatste weken weer heel wat bitsige
discussies geweest tussen vakbonden en werkgevers. De werkgevers hebben
geprobeerd om een aantal fundamentele zaken van het compromis weer in vraag te
stellen en maximaal compensaties los te weken van de regering. Werkgevers,
daarbij puur ideologisch geïnspireerd om de ontslagkost naar beneden te halen.
De minister van werk heeft nu, althans wat betreft de
opzegtermijnen en de afschaffing van de carensdag ontwerpwetteksten
uitgeschreven die, na bekrachtiging door de regering, naar het parlement gaan.
Het is nog wachten op de harmonisering van de andere punten: vakantiegeld,
gewaarborgd loon, uitbetalingsmodaliteiten loon, motivering ontslag en in een
later stadium de collectieve aspecten. Geen enkele timing is meegedeeld!
Evaluatie BBTK: fundamenteel onevenwichtig
De door Monica De Coninck aangebrachte preciseringen in
haar deze week neergelegde teksten om het compromis van 5 juli uit te voeren
kunnen ons niet helemaal geruststellen.
Dat wij niet gelukkig kunnen zijn met het eindresultaat
betreffende de opzegtermijnen is een understatement.
1. Zoals wij begin juli al vaststelden, zijn het de
hogere bedienden (die meer dan €32254 bruto per jaar verdienen, dus iets minder
dan €2500 per maand) die de prijs betalen van het optrekken van de
opzegtermijnen van de arbeiders. Wij herhalen hier dat de bedienden de prijs
van de solidariteit betaald hebben. Het is ten andere grotendeels te danken aan
de door BBTK gevoerde acties gedurende het ganse voorjaar dat de opzegtermijnen
van de arbeiders er op verbeteren en dat de carensdag is afgeschaft. En zonder
deze acties zou het eindresultaat nog slechter uitgevallen zijn voor het geheel
van de bediendepopulatie.
2. Wij betreuren dat de vooruitgang voor de arbeiders
voor een belangrijk deel door de collectiviteit wordt betaald. Immers, wat de
arbeiders bovenop de huidige opzegtermijn krijgen wordt grotendeels en netto
betaald door de staat. Dit betekent een nog niet becijferde verhoging van de
publieke uitgaven en minder inkomsten voor de sociale zekerheid en voor de
fiscus! En dat om te voorkomen dat de werkgevers uit de eigen kas de kost van
de harmonisering zouden moeten dragen. Andere maatregelen worden nog verwacht
voor nog meer compensaties waarvan wij heden de omvang niet kennen. Bittere
vaststelling dus dat de gelijkheid een kost vertegenwoordigt voor de werknemers
en de collectiviteit. Wij staan ver van de filosofie dat werkzekerheid voor
allen gepaard gaat met het moeilijker maken van ontslaan omdat het duur is. Wij
hopen dat werkgevers nu hiervan niet gaan profiteren om massaal te ontslaan ten
koste van de collectiviteit. Een reëel risico!
3. Vastklikken van de opgebouwde rechten per
31/12/2013: voor de zogenaamd hogere bedienden zal deze gebeuren op basis van 1
maand per jaar anciënniteit. Bijvoorbeeld: een bediende met 20 jaar
anciënniteit op 31/12/2013 heeft 20 maand opgebouwde opzeg. Vanaf 1/1/2014
herbegint hij met 0 jaar anciënniteit in het nieuwe regime bovenop zijn rugzak
van 20 maanden. Het compromis voorziet dat een derde van de opzeg kan omgezet
worden in de sectoren voor maatregelen die de inzetbaarheid van de werknemer
verhogen (opleiding, outplacement,…). Voor ons is het uitgesloten dat door het
invoeren van deze maatregelen 1/3e van de opzegtermijn af gaat, wat een
verworven recht is. Vanaf 1/1/2014 gebeurt de verdere opbouw van de rechten,
bovenop de vastgeklikte rechten, in het nieuwe regime waarbij de teller van de
anciënniteit op 0 wordt gezet.
4. Afwijkingen: de mogelijkheid om hogere
opzegtermijnen dan de wettelijke te onderhandelen blijft bestaan op
individueel- en bedrijfsvlak. Afwijkingen van de nieuwe wettelijke regeling
naar beneden voor bepaalde activiteiten, blijken beperkt te blijven en zouden
niet gelden voor de bedienden. De BBTK verzet zich tegen het principe van de
uitzonderingen naar beneden toe van de wettelijke opzegtermijnen. Ook een
aantal praktische punten zijn nu uitgeklaard: ingang opzeg, (tegen)opzeg door
de werknemer, opzeg wanneer gegeven door de werknemer, …
5. Gezondheidszorg: in deze sector hadden de arbeiders
dezelfde rechten verkregen als die van de bedienden op het vlak van de
opzegtermijn. We klagen hier de inmengingen van de regering aan in het
sectoraal overleg. Ze breken hiermee in op een tussen de sociale
overlegpartners afgesproken regeling. We eisen dat de resultaten van het
voorgaande sociaal overleg gerespecteerd worden. Hetzelfde geldt ten andere
voor de andere sectoren die zich in deze situatie bevinden.
6. Carensdag: de afschaffing van de carensdag is nu een
feit. Maar tegen welke prijs? Opnieuw gaat met de middelen halen bij de sociale
zekerheid.
7. Wij zullen waakzaam blijven bij de verdere
afhandeling van de ontwerpteksten in de regering en het parlement. Werkgevers
en hun politieke relais zijn gewaarschuwd. BBTK zal niet tolereren dat de
bediendepopulatie nog meer gaat inleveren!
8. Uitdagingen en valkuilen die op ons af komen:
de manier waarop het voorziene outplacement moet
georganiseerd worden, de onderhandeling van sectorcomplementen, de mogelijke
modulering van een derde van de opzegtermijn in andere vormen dan
opzegvergoeding en de motivering van het ontslag zijn uitdagingen, maar
evenzeer mogelijke valkuilen die de factuur voor de bedienden nog zouden kunnen
doen toenemen. BBTK zal zich verzetten tegen de uitholling van de
ontslagbescherming die werkgevers hiermee zouden willen organiseren.
9. Dringend discriminatie van bedienden in berekening
vakantiegeld opheffen! BBTK eist dat nu dringend de discriminatie van de
bedienden in de berekening van het vakantiegeld wordt ongedaan gemaakt.
Bedienden hebben, omwille van een andere berekeningswijze, 8% minder dubbel
vakantiegeld dan de arbeiders. Als dit niet rechtgetrokken wordt voor eind van
dit jaar en dus verder zou blijven bestaan in 2014, zal BBTK gerechtelijke
stappen ondernemen tegen deze eveneens ongeoorloofde discriminatie.
10. Formidable ou fort
minable? Snelle keuze!
Op de nu gekende punten is de conclusie negatief. Naast
de individuele punten die nog moeten geregeld worden, zullen ook alle
collectieve aspecten (harmonisering van de arbeidsvoorwaarden, paritaire
comités, aanvullende pensioenen en sociale verkiezingen) potentieel gevaarlijke
gevolgen hebben voor de werknemers (arbeiders én bedienden).